Een beter ik

We leggen onszelf in woord en beeld voortdurend vast. Via het oog van de camera, ons beeldscherm en de ogen van anderen bepalen we wie we zijn. We geven meestal een zo flatteus mogelijk beeld. Je kunt het opvatten als een voortdurende strijd tegen vergankelijkheid en vergetelheid. Het lijkt echt iets van nu. Het past bij een overbewustzijn dat samengaat met het gebruik van social media. Maar dan vergeten we misschien iets te gemakkelijk dat onze voorouders hier ook hun methoden voor hadden. Als ik de handafdrukken bekijk, gevonden bij prehistorische grotschilderingen, krijg ik daar eenzelfde gevoel bij.

Altamira, Spanje

Onderzoekers houden zich er uiteraard ook mee bezig en bedenken allerlei, soms wat vergezochte, verklaringen. Fascinerend is dat de grottekeningen op moeilijk bereikbare plekken zijn gemaakt. Onze voorouders maakten ze niet zomaar even, tussen het jagen en verzamelen door. Ze moesten er echt moeite voor doen en dachten waarschijnlijk ook van tevoren na over wat ze neerzetten. Ze communiceren met ons, maar wat de boodschap is, is onduidelijk. Wie weet waren zij ook al bezig met het maken van een eigen, geïdealiseerde werkelijkheid. Er wordt ook wel gesuggereerd dat ze met taferelen van de jacht probeerden de werkelijkheid naar hun hand te zetten. Een vorm van magie.

Laten die handafdrukken misschien ook een vorm van historisch besef zien? Wie iets van zichzelf wil vastleggen, is zich bewust van zijn eindigheid. Een handafdruk als een uithaal naar de toekomst. Hallo nageslacht, ík was hier.

Gerard Fieret

Toen ik het werk van de Haagse fotograaf Gerard Petrus Fieret voor het eerst zag, trof het mij dat zijn naam zo prominent aanwezig is op veel van zijn foto’s. Het is als de handafdrukken uit de prehistorie. Zo nadrukkelijk aanwezig, dat je er wel íets mee moet. Fieret verstopt zichzelf niet in een hoekje, maar is met zijn naam pontificaal bovenop zijn werk aanwezig. Hij maakte van het zetten van zijn naam een kunst op zichzelf. Het ontroert me, omdat het in z’n grootsheid zo kwetsbaar is. ‘Dit ben ik, dit is mijn werk.’ Zijn stille schreeuw klinkt vanaf het papier toch luid en duidelijk.

Fieret kende ik al voor ik hem als fotograaf ontdekte. Jarenlang zag ik de oude man met lange baard bij ijssalon Florencia duiven voeren, met emmertjes en tassen om zich heen. Een markante man met een indringende blik. Dat hij in de jaren tussen 1965 en 1975 ook door Den Haag zwierf maar dan om beelden vast te leggen, daarvan had ik geen idee.

Intieme foto’s

Die beelden zijn net zo groots en kwetsbaar als zijn handtekening. Het zijn dagelijkse momenten, toevallige mensen die hij tegenkwam op straat, vrienden, vriendinnen en details waar hij oog voor had, bevroren in de tijd. De kuiten en enkels van vrouwen die in een rij staan te wachten. Het hoofd van een jongetje. Een meisje dat haar tong uitsteekt.

Hij laat een tijdbeeld zien, van jonge vrouwen op straat in minirok, dat doet denken aan het werk van Ed van der Elsken. Maar in de foto’s van Fieret zie ik een intimiteit die vaak mist bij andere fotografen. Ook in zijn straatfotografie weet hij die sfeer te scheppen. Dat maakt dat zijn foto’s nooit zomaar goedgetroffen plaatjes zijn.

Gerard Fieret was als kunstenaar op zoek naar zichzelf en zijn medium. Hij probeerde verschillende kunstvormen uit: tekeningen, poëzie. Maar door zijn ontdekking van de fotografie stopte Fieret daar allemaal mee. Zijn foto’s werden zijn ultieme uitlaatklep. Maar toen kwam de paranoia om de hoek kijken. Hij vreesde kopieergedrag van anderen, dacht vaak dat mensen zijn werk stalen. Hij vervreemdde zichzelf door zijn beschuldigingen van zijn omgeving en zijn vrienden. Hij begon met het zetten van stempels op zijn werk, zodat geen onduidelijkheid kon bestaan over de maker. Het verhaal gaat dat hij een keer ’s nachts naar binnen sloop bij het Gemeentemuseum om foto’s die daar werden bewaard te bestempelen.

Zwerver

In een boek over zijn leven lees ik dat hij als klein kind in de steek gelaten werd door zijn vader en dat hij grotendeels in kindertehuizen is opgegroeid. In zijn verdere leven leek hij nooit een echt thuis te vinden. Toen hij oud was, belandde hij in een verzorgingstehuis. Ook daar was hij er niet echt bij, leefde in zijn eigen wereld. Zijn vrienden had hij achtergelaten, zijn geheugen liet hem in de steek. Maar zijn foto’s bleven en erkenning kwam uiteindelijk toch.

Gelukkige mensen hebben geen verleden. Fieret had dat verleden wel, maar zweeg erover. Hij was een kunstenaar en zwerver in hart en nieren. Een zwerver door de straten van Den Haag, een zwerver door de menselijke geest en misschien ook een zwerver in de tijd. Op zoek naar wortels, op zoek naar wie hij was. Om zijn wankele identiteit te bevestigen. Keer op keer op keer.

“en er is nog iets / een korktrekker / een spiraal met speciaal handvest / om latent te bedienen / zo schroeft men zich in een beter ik”

Gerard Fieret

Wil je mail bij een nieuw verhaal?

Vul dan je e-mailadres en naam in. Je kunt altijd weer uitschrijven.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Wil je mail bij een nieuw verhaal?

Vul dan je e-mailadres en naam in. Je kunt altijd weer uitschrijven.